CULTUURDAGBOEK ( NRC 26 mrt )
Dinsdag 18 maart
Acteurs met andere plannen
Vier dagen voor de première van HAMLET in de Amstelveense Schouwburg. Ik ben opvallend rustig; gelaten. Vannacht tot 3.00 uur gewerkt aan de hand-out die we bij de voorstelling uitdelen en een ontwerp van een digitale handtekening. Ik hou van de stilte van de nacht waarin de dag ervoor geen einde kent. In de ochtend werk ik aan de lijst genodigden voor de première en verwerk ik de aanvragen voor vrijplaatsen van de acteurs.
Ja, zo'n karig gesubsidieerd zaakje als Studio Antigone doet alles zelf. Julien Croiset (Hamlet), zijn vrouw Noor en Yannick Bronkhorst (Horatio) proberen samen met mij de ballen in de lucht te houden. Dat valt niet altijd mee, maar we blijven knokken voor ons ideaal: boeiend theater maken en het produceren van toneelstukken uit het wereldrepertoire. De stukkeuze laten we bepalen door de verbinding die een stuk kan maken met de huidige tijd én de aanwezigheid van aantrekkelijke thema's voor jongeren.
Mijn plan om voor de première nog één dag te repeteren mislukte. Op een paar acteurs na hadden de meesten al andere plannen. De moed zakte in mijn schoenen. Ik heb het niet laten merken; een regisseur moet sterk zijn. Uiteindelijk perste ik er drie deelrepetities uit. Pover.
Woensdag 19 maart
We voelen ons niet oud
Best wel een beetje brak. In de middag kwam een fotograaf opnamen maken van de repetitie van Shakespeare's 'Ga in een klooster!'-scène met Lidewij Mahler (Ophelia) en Julien. Helaas richtte ze heel vaak de lens op mij. 'Opdracht', riep ze. Ik voelde me ongemakkelijk. Achteraf sprak de fotograaf haar verbazing uit over de steeds andere emotie die je onder een en dezelfde tekst kan leggen. Voor die verbazing wilde ik wel poseren.
Thuisgekomen vroeg Hans Croiset, mijn diamanten echtvriend, bezorgd: "Hoe ging het?" Hij en ik zitten in een wonderlijke levensfase. We zijn tachtigers. Niet oud toch? Vinden anderen wel. "Wilt u niet gaan zitten?" Elke keer voel ik een steek. Ik voel me 30, ik weiger. Ze duwen me een ander gevoel in. Althans, dat proberen ze.
Foto's Saskia van den Boom
Donderdag 20 maart
Rommelige generale
Vandaag spannende dag: generale in Amstelveen! Na driemaal in het uitverkochte Paradijs boven in de Koninklijke Schouwburg – grondoppervlak zes bij zeven en zonder microfoons en decor (Slot Elseneur) – staan we weer op een groot toneel waar het decor wél kan staan. Als dat maar goed gaat.
Met Scott Reniers (Claudius) had ik vooraf een gesprek over het weglaten van een serie Engelse 'Trumpzinnen' uit zijn rol. Ik vond het inmiddels te stuitend om tiran Trump een podium te geven. Scott vond het jammer. "Probeer het vanavond uit, morgen is het première", suste ik.
Na afloop wisten we dat we een doorloop hadden moeten hebben. De voorstelling was slordig, rommelig, acteurs stonden niet in het licht, er werd slecht gearticuleerd en het Slot met zijn vele gangetjes werd genegeerd. Herbert Janse (decorontwerper) was daar niet blij mee en ik moest Scott Claudius meedelen dat de 'Trumpvarianten' exit moesten.
Gelukkig zorgden trouwe familieleden na afloop voor ontspanning: Hans was enthousiast, zag veel mogelijkheden en was trots op zijn zoon Julien. Kleinzoon Chaim was er met Maaike en zijn vader, onze oudste zoon Alexander. Wat wil je nog meer dan omringd worden door onvoorwaardelijke liefde?
Vrijdag 21 maart
Onbeholpen buigen
Het wonder geschiedt. De première is scherp, verstaanbaar, helder, heeft ook humor. In de eerste helft een goede afwisseling van tragisch, dramatisch en lichtvoetig en licht en geluid in evenwicht met het geheel. Er wordt goed gezongen, ook als koor; een triomf voor Henri Overduin, onze maestro. Hamlet (Julien) weet – bij gebrek aan medestanders in het hof – subliem de zaal voor zich te winnen. De tijd vliegt met af en toe een grinnik. Mooi applaus. Buigen met veel bloemen. Ik vind buigen afschuwelijk en doe het onbeholpen.
Na afloop veel mensen, maar vooral: dochter Esther, vriendin Loes, nichtje Gabriella en Bestuur: Cita, Tjade en Kirsten. Iedereen vindt het mooi. Omdat Hans in Meppel een try-out heeft van zijn voorstelling Requiem voor de onwerkelijkheid, brengt onze chauffeur Reinier Schat met zijn vrouw mij naar huis.
Foto's Saskia van den Boom
Zaterdag 22 maart
De onrust na een première
The day after. Meteen een kritiek op Theaterkrant.nl. Kester Freriks is er snel bij. Na een première wordt hier ten huize niet prettig ontwaakt. Zestig jaar onrustig wakker worden na vele premières – met wisselend succes – heeft diepe sporen getrokken. Op onze HamletCastApp wordt uitgelaten gereageerd: "Wat een mooie recensie." Felicitaties gaan over en weer, vooral tussen acteurs die genoemd worden. Ik reageer voorzichtig. Het is een recensie met vragen en aantekeningen door een kritische geest opgetekend. Daar hou ik wel van, je leert ervan of je kan het ermee oneens zijn.
Een ding vind ik merkwaardig: de tekst over de leeftijd van Hamlet. "Hierdoor is er een ingreep gedaan die van deze HAMLET niet echt een generatieconflict maakt." Nee, moet dat dan? "Zo werd het stuk decennia lang wèl gespeeld", gaat Freriks verder. Huh? Lees het stuk, zou ik zeggen. HAMLET gaat helemaal niet over een generatieconflict. En geheel in de tijdgeest hebben we bij de casting niet gelet op leeftijd of gender. Claudius bijvoorbeeld is 22. Hier doet de tekst haar werk. De tekst geleidt de interpretatie, niet het paspoort. Bovendien, bij genie Shakespeare roept de tekst het beeld op – dat hoef je dus niet meer te tonen.
Hans speelt de laatst jaren veel oude, stervende mannen en ik kan er goed naar kijken
Echtgenoot heeft 's avonds première in de Duif, een kerk op de Prinsengracht: Requiem voor de onwerkelijkheid. Tekst: Toon Telligen, muziek: Corrie van Binsbergen, productie: Silbersee. Hans speelt de strijdende mens die probeert de dood in eigen hand te houden. Een mooie, ontroerende voorstelling.
Hans speelt de laatst jaren veel oude, stervende mannen en ik kan er goed naar kijken. Sterven is voor ons bekend terrein, dus stellen we het maar uit. Op naar de 100 – dan kijken we verder.
Zondag 23 maart
Geen drive
Wat een fijne vrije dag had moeten worden, werd een lege dag. Had me verheugd op Buitenhof, maar viel halverwege in slaap. Had nog veel uitgestelde taken naar deze dag geschoven, maar geen drive om ze aan te pakken.
Maandag 24 maart
Willen recensenten ons straffen?
Vroeg opgestaan om op tijd de allernieuwste versie van de hand-out te maken, zodat-ie gedrukt is voor Terneuzen; met andere foto's en mogelijke reacties op de kritieken. Nou ja, op die ene kritiek. Yannick heeft ze tot tweemaal toe uitgenodigd, de recensenten. Misschien willen ze ons straffen voor de hubris dat ons arme kluppie de grote Shakespeare op de planken denkt te kunnen brengen.
"Het Parool is voor Requiem ook mooi", roept mijn echtgenoot, zwaaiend met de krant. "Operagezelschap Silbersee prikkelt je zintuigen en maakt je domweg gelukkig", leest hij voor. Vanochtend was hij ook al door Theaterkrant.nl de lucht in gestoken. Ik was blij voor hem. We zijn nooit jaloers op elkaar, altijd trots, alsof we elkaars vader en moeder zijn.
Dinsdag 25 maart
Blije gezichten
Morgen naar Terneuzen met HAMLET. Ik ga altijd mee om de voorstelling bij te houden en hand-en-spandiensten te verlenen. Het is leuk om de blije gezichten te zien. Komen jullie helemaal naar ons toe?
recensie Theater krant
Kester Freriks
22 maart 2025Gezien op 21 maart 2025, Schouwburg Amstelveen
In toneelkringen bestaat een mooi woord, Hamlet-zwart. Dit betekent de kleur van rouw en verdriet die het titelpersonage uit Shakespeares gelijknamige tragedie uit circa 1600 draagt. In meer klassieke opvoeringen valt Hamlet meteen op, het enige karakter in diepzwart. Bij de Hamlet-uitvoering door Studio Antigone gaat iedereen in het zwart, behalve heel even in het begin: dan is moeder Gertrude bruidswit getooid. Ze gaat immers trouwen met Claudius, de moordenaar van haar man.
Niet alleen de kostumering, het gehele speelveld is diepzwart, rekwisieten, speelvloer, achter- en zijwand. Regisseur Agaath Witteman maakt van deze Hamlet een versie zonder opsmuk, indringend, sober. De voorstelling opent met een a capella gezongen versie van 'The Cold Song' van Purcell. Later zullen meer liederen volgen, Engelse liederen en 'Dido's Lament', ook van Purcell.
De overwegend jonge cast van de belangrijkste spelers in het stuk zorgt voor dynamiek en flair. Claudius bijvoorbeeld, de broedermoordenaar, is de jonge speler Scott Reniers, net afgestudeerd aan de Toneelacademie Maastricht. Dat is voor de toeschouwer een vreemd moment, want de Hamlet van hoofdrolspeler Julien Croiset is 59.
Nu weet ik dat leeftijd geen enkele rol mag spelen in de casting, maar hierdoor is er een ingreep gedaan die van deze Hamlet niet echt een generatieconflict maakt. Zo werd het stuk decennia lang wél gespeeld. De Hamlet van Croiset is niet rebels of opstandig, zoals de befaamde Eric Schneider dat in de jaren zestig was; hij is eerder koel, klinisch, cerebraal, soms zelfs cynisch.
Het bijzondere aan deze visie is dat Hamlet geen melancholieke zoeker is, minder een twijfelaar ook, maar een spin in het web van intriges die hijzelf deels uitlokt. Hij is berekenend, en probeert moordenaar Claudius en zijn overspelige moeder Gertrude (Marguerite de Brauw) voortdurend in de val te lokken van zijn zoektocht naar de waarheid.
In het kale decor van Herbert Janse prijkt rechts een stalen constructie die met nauwe doorgangen het paleis van Elseneur verbeeldt. De mate van abstrahering gaat ver. Er zijn geen degens in de gevechtsscène tussen Laërtes (Toto van Stekelenburg) en Hamlet. Als de eerste dode valt, de slinkse raadsheer Polonius (Thijs Prein), dan gebruikt Hamlet zijn vuist en geen steekwapen.
De geest van Hamlets vader die verschijnt op de kasteeltransen, is niet meer dan de mechanisch vervormde en daardoor bezwerende stem van Hans Croiset. In tal van andere versies probeert de regie hier iets te vinden; een schimmige verschijning, een lichtbundel, rook. Hier is de stem voldoende en is zó sterk, dat de wraak gerechtvaardigd lijkt.
Voor de liefhebbers van theatergeschiedenis is de stem van Hans Croiset een interessante bijkomstigheid: Croiset is de vader van Julien, Agaath Witteman zijn moeder. Hans Croiset regisseerde in 1976 een Hamlet bij het Publiekstheater en zelf speelde hij Claudius in de legendarische uitvoering uit 1986 met Pierre Bokma (toen 30 jaar) in de titelrol, geregisseerd door Gerardjan Rijnders.
De concentratie van de regie op de tekst, zonder de afleiding van al te veel beeld, is een essentiële keuze die van de tragedie een tekstdrama maakt. De vertaling van Bert Voeten is nog altijd aansprekend, hoewel er best veel is geschrapt; begrijpelijk, maar sommige coupures zijn jammer. Zo miste ik de befaamde toespraak van Hamlet tot de toneelspelers, de allermooiste tekst over de kunst van het acteren, bovendien een die wezenlijk is voor het verloop en geloofwaardigheid van de toneelspelersscène.
En de befaamde monoloog 'To be or not to be…' zingzegt Julien Croiset in een microfoon in het Engels, en daarbij gaat de strekking goeddeels verloren. In de dictie van deze Hamlet zit een gejaagdheid die de tragedie bij vlagen spannend maakt, maar hierdoor ontbeert de uitvoering verstilling. Croisets Hamlet reflecteert minder, hij stippelt vooral plannen uit, hij zet, zoals het zo mooi heet, 'strikken voor de snippen'. Hij is eropuit de schijnwereld van leugen en bedrog van het hof te ontmaskeren, met fatale gevolgen: er vallen nog meer doden.
Naarmate de voorstelling vordert, vallen de pure, uitgebeende rauwheid van het spel en de dramatische betekenis steeds mooier samen. Ophelia krijgt een gevoelige uitbeelding door Lidewij Mahler; vreemd is dan weer dat ze opeens een rafelige slobbertrui uittrekt en die in Hamlets richting gooit, waarmee ze aangeeft in hem teleurgesteld te zijn. Oorspronkelijk zijn het de liefdesbrieven. De scène waarin Hamlet de liefde beëindigt en haar 'naar het klooster' wenst, is trouwens ijzingwekkend sterk. Dan komt er ontroering. In de bloemenscène zit weer die kaalheid: Ophelia strooit wat takjes karig groen rond.
Er zitten veel dubbelrollen in de cast: Van Stekelenburg is zowel Laërtes, Rosenkrantz en een toneelspeler. Actrice Kyra Kay van de Watering heeft sterke dubbelrollen, onder meer als Guildenstern en een van de toneelspelers. Ook is ze de Noorse prins Fortinbras die aan het einde de orde herstelt. Ze is dan een soort Viking met helm op.
Dat Thijs Prein én Polonius is én doodgraver is erg fijn. Als hij het graf delft voor Ophelia is dat een van de hoogtepunten, waarin beeld en spel prachtig samenkomen. Met een soort sneeuwschuiver maakt hij een doodsbed voor haar; intussen is ze in witte doeken gewikkeld.
Wel is er nu van kaalheid even geen sprake, en dat is ook plezierig: het visuele aspect is zo goed als afwezig, misschien té afwezig, zeker voor wie voor het eerst kennismaakt met dit stuk. In al dat gelijkgestemde zwart zijn de personages niet meteen individueel herkenbaar.
Hamlet is een populair stuk, dit seizoen. Theater Rotterdam met regisseur Erik Whien brengt het ook; en er zijn meer. Of er nu sprake is van een opleving van het klassieke repertoire, is zeer de vraag; Whien maakt een verregaande bewerking voor slechts drie spelers van de vele personages die het stuk telt. Ook Witteman kiest voor een adaptatie, alleen al door de keuze van de cast en de versobering.
Het is opmerkelijk dat in het programma van Studio Antigone Claudius als een machtswellusteling wordt getypeerd, een autocraat. Denk aan de machthebbers van nu. Maar zoals Scott Reniers hem speelt met een bijna bescheiden, zangrijke dictie, bijna liefdevol jegens zijn karakter, is hij eerder een gevoelig personage dat in zijn vertolking al snel spijt betoont van zijn moordenaarshand. Hij is zelfs ontroerend daarin. Dat is weer een nieuwe dimensie, een gevoelvolle Claudius. Zo biedt elke nieuwe Hamlet nieuwe perspectieven, en dat doet deze ook.
Foto's: Marieke Timp
De repetities van Hamlet zijn begonnen.

recensie uit de Volkskrant. Schrijf me in het zand - Studio Antigone door Hein Janssen 11 maart
Ruim tienduizend bezoekers trok de voorstelling Schrijf me in het zand van Theater van het Oosten na de première in 1989. En dat was veel voor een kleine zaal-productie, die vanwege het succes dan ook diverse keren werd hernomen. Het stuk werd geschreven door Inez van Dullemen, het onderwerp was incest. Agaath Witteman, die toen net was begonnen als artistiek leider van het Arnhemse stadsgezelschap, regisseerde de voorstelling.
Dat doet ze nu weer, 35 jaar later, en wat blijkt: theaters waren vanwege het thema incest huiverig om Schrijf me in het zand te programmeren. Te zwaar, vonden ze, of zoals acteur Julien Croiset, die in het stuk de vader (en dader) speelt: 'Ze kiezen liever voor cabaret en tributebands.'
Over de auteur
Hein Janssen schrijft sinds 1987 over theater voor de Volkskrant en richt zich met name op toneel en musical.
'In die tijd, eind jaren tachtig, waren de mensen nieuwsgierig naar een onderwerp als incest, nu zijn ze er bang voor', aldus Agaath Witteman, die samen met Julien Croiset het gezelschap Studio Antigone leidt. 'Gelukkig zijn er genoeg theaters die trouw zijn aan ons groepje en de voorstelling wel hebben geboekt. In totaal staan er zo'n twintig speelbeurten gepland. Dat er nu zoveel weerzin is tegen een voorstelling over incest, heeft mij niet persoonlijk gekwetst, maar ik had er echt geen rekening mee gehouden'.
Incest is van alle tijden
Witteman memoreert dat Schrijf me in het zand destijds grote impact op het publiek had. 'Na afloop vielen vrouwen elkaar huilend in de armen en elke avond was er professionele opvang en nazorg aanwezig. Tegenwoordig kun je voor dit soort zaken bij allerlei instellingen terecht die er toen nog niet waren. Maar incest is van alle tijden, het is niet weg, integendeel. Het gaat in de media nu al een paar jaar vooral over #Metoo en grensoverschrijdend gedrag van bekende Nederlanders, maar dit stuk gaat over een probleem waar tussen de 10 en 20 procent van de vrouwen mee te maken heeft gehad.'
In het repetitielokaal van theater Crea, op de campus van de Universiteit van Amsterdam, geeft Agaath Witteman, met baseballpet op, aanwijzingen aan haar spelers. Wat tijdens de repetitie opvalt is de poëtische taal van Van Dullemen waarin elke vorm van realisme wordt vermeden. Schrijf me in het zand is allesbehalve sentimenteel, maar onder de woorden sluimert een ravijn aan pijn, verdriet en woede. Witteman onderstreept de kracht van het theater om dit soort ongemakkelijke thema's aan de orde te stellen.
Schrijf me in het zand is sinds eind jaren tachtig nauwelijks nog in Nederland gespeeld, internationaal daarentegen werd het een groot succes. In zijn boek Gedeeld Verleden, dat vorig jaar uitkwam, wijdt theatermaker Erik Vos (94), die met Van Dullemen was getrouwd en veel met haar samenwerkte, een interessant hoofdstuk aan de totstandkoming van het stuk. Daaruit blijkt dat Van Dullemen haar tekst baseerde op een waargebeurd verhaal.
Toen het echtpaar Vos/Van Dullemen een tijdje in Kansas City woonde omdat Vos daar een voorstelling regisseerde, huurden ze een huis waar, naar later bleek, een jonge vrouw zelfmoord had gepleegd. Van Dullemen ging op zoek naar het verhaal daarachter en stuitte op een gruwelijk geval van incest. In de kelder van het huis vond ze een schriftje met een gedicht van het meisje:
Ik voel me zo alleen
zo verloren zo slecht
ik moet me verbergen onder de grond
geen ruimte voor mijn hoofd
verdien het niet om te ademen
verdien het niet om te bestaan
in het lege land
schrijf me
in de wind, in het zand
in het niets onder de zee.
Moeras van viezigheid
Voor Witteman is het feit dat Schrijf me in het zand niet in gewone spreektaal is geschreven de kracht ervan. 'Van Dullemen heeft met haar stuk dit onderwerp uit het moeras van de viezigheid getrokken', zegt ze. 'Juist het poëtische ervan maakt dat het stuk niet gedateerd is.
'Aan de andere kant moet je wel de afgrond kunnen voelen, het mag niet té veel een poëzievoorstelling worden. Voor elk personage moet je begrip kunnen opbrengen, ook voor de vader, ook voor de moeder die alles wist, maar wegkeek. In die zin heeft het theater een enorme impact: dat meisje staat daar met al haar ellende, je móét wel met haar meeleven, daar ontkom je niet aan.'
Op de cover van het tekstboekje van Schrijf me in het zand uit 1989 staat de foto van een naakt, jong meisje (Witteman: 'Dat zou nu niet meer kunnen'.) In het voorwoord schrijft Van Dullemen: 'Tijdens het verzamelen van materiaal en bij het lezen van getuigenissen van slachtoffers heeft het feit dat mensen elkaar zo ernstig beschadigen mij zeer gedeprimeerd. Maar het proces van het schrijven is een vorm van bevrijding voor mij geweest.'
Schrijf me in het zand gaat op 14/3 in première in Schouwburg Amstelveen. Tournee: studio-antigone.nl
recensie uit de theater krant. ( link ) Schrijf me in het zand - Studio Antigone door Rosalie Fleuren
Rosalie Fleuren
16 maart 2024Gezien op 14 maart 2024, Schouwburg Amstelveen
Het lijkt wel wat op een strafzaak, de enscenering die regisseur Agaath Witteman van Studio Antigone aan Schrijf me in het zand heeft gegeven. De lege stoel van het slachtoffer (Anne), tussen twee getuigen/bepleiters (zus en jeugdvriendje/psychiater), de medeplichtige (moeder) helemaal links en de dader (vader) rechts. Met zus Judith als detective zien we een weerzinwekkende geschiedenis rondom incest met gepaste afstandelijkheid aan ons voltrekken.
Judith bezoekt haar ouders na de onverwachte, zelfverkozen dood van haar zus Anne, waarmee ze nauwelijks contact had, omdat zij in een psychiatrische inrichting zat en psychotisch was verklaard. In de achtergebleven dagboeken en nooit verstuurde brieven ontdekt ze een vreselijk geheim: haar vader blijkt haar zusje jarenlang seksueel misbruikt te hebben. In Schrijf me in het zand onderzoekt Judith (Marguérite de Brauw) hoe het zo heeft kunnen lopen. Ze voelt haar ouders aan de tand en kijkt kritisch naar haar eigen herinneringen.
De tekst van Inez van Dullemen stamt uit 1989 en werd toen opgevoerd door het Theater van het Oosten, waar Witteman het ook regisseerde. Het stuk is op waarheid gebaseerd en werd in tien landen ten tonele gebracht, maar in Nederland is het sindsdien niet meer te zien geweest.
In de nieuwe enscenering kijken de meeste personages zwijgend toe vanaf een klapstoel, die ze in het midden zetten als ze in de scène zitten. Niet Anne (een indrukwekkende Céline Vermeulen): ze rent op uit de coulissen als ze in herinneringen weer eventjes tot leven komt – met stuurse blik verbergt ze met kromme schouders haar postuur, haar armen bungelend, een herkenbaar tienermeisje. Vermeulens Anne is levendig en expressief, maar ondergaat met holle ogen het geweld.
Julien Croiset speelt Annes vader kruiperig en meelijwekkend, de moeder die Tineke Schrier neerzet is een al even teleurstellend figuur. Van Dullemen gaf hen de meest hopeloos stemmende argumenten; ze zou het zelf hebben uitgelokt, haar moeder jaloers hebben gemaakt, het zou de minst opzichtige oplossing zijn geweest voor de overdreven seksdrive van vader. De kleine dubbelrol van Yannick Bronkhorst illustreert de impact op Annes leven buiten de familie. Witteman omlijst het drama met stemmige pianoklanken en droevige operazang en geeft geen verlichting aan de situatie.
Tijdens de paar feitelijke beschrijvingen van het misbruik voel je je eigen weerstand voor de ongemakkelijke waarheid. Schrijf me in het zand maakt schrijnend duidelijk hoe wegkijken werkt en welke onherroepelijke schade dat kan doen. Niet voor niets haakt de voorstelling aan bij de #durftezien campagne van Wij zijn M, het CSG, en het prentenboek Sam en het niet leuke geheim, die samenwerken om bewustzijn over die afwerende impuls te vergroten, zodat er ruimte komt voor kinderen om erover te praten. Volgens deze campagne maken in elke basisschoolklas gemiddeld twee kinderen iets dergelijks mee. Oef.
Uit een Pakistaanse website!
When good theatre comes around for Pakistanis in a nation where the art form is witnessing a decline, it's cause for celebration, as was the case two years ago when Ali Junejo and Rasti Farooq — known from the acclaimed film Joyland — introduced their dark comedy play Both Sit In Silence For A While in Karachi, Lahore, and Islamabad.
Considerable attention surrounded the play, inspired by absurdist writings. Both Sit In Silence For A While has now surpassed its national confines and is being staged in Dutch in the Netherlands. After having connected deeply with local audiences, this Pakistani production has now found a new audience over 5,000km away.
"After tremendous success in Pakistan, we're bringing this piece to Europe for the first time!" proclaimed Studio Antigone — a Dutch theatre production company. The play will have six shows at various venues across the Netherlands until February 9, directed in its translated version by Agaath Witteman, titled They Sit And Say Nothing for A Moment (Dutch to English translation).
Junejo and Farooq sat down for a conversation with Images and shared their excitement over this development.
Actors Marguerite de Brauw and Julien Croiset in the Dutch adaptation — Marieke Timp/Studio Antigo
Junejo — who wrote, directed, co-produced, and acted in the original play — was overjoyed upon learning of the foreign agency's interest in acquiring the rights to his brainchild. This was his first solo-written play and his third overall.
He was in the company of Farooq, his co-star in the two-hander when they received the news.
"I was like 'that's not possible, no, this is a joke. There is no way somebody would [want to] do this. This is a prank or a con of some sort," the actor-director recalled.
He feels "weird" because, on one hand, he is "thrilled and excited," but he is also experiencing "a bit of an imposter syndrome." "Because I am a nobody," the humble writer said, to which we disagreed, of course. Not only was his play able to deeply connect with the Pakistani audience while it ran, but Junejo has also become well-known after starring in Joyland.
"I appreciate your kindness, but… But, that's how it, you know, how it felt for me," he added.
Actors Rasti Farooq and Ali Junejo in the original play — Olomopolo Media
Both Sit In Silence For A While explores the dynamics between a warring couple, played by Junejo and Farooq.
"The play was about things that are universally human, relationships and marriage and the ability of people to communicate, the things that bring people together, the things people do to each other out of care, and how sometimes they leave themselves behind out of care for somebody else," the director explained.
"So I feel like that would reach out to people, generally speaking. […] That's what ended up happening," he said.
"I think that it's a universal concept. Just the idea of marriage and people and love and relationships and so on and these things. I think that these things are everywhere," he added.
After the realisation hit that his play was indeed transcending borders, his only hope for his creation was that "it would retain its humour". "Because a lot of the things in the play are meant to be funny and they're absurdly funny. They're obviously a bit dark and all that, but they're absurdly funny," Junejo explained. "And my only hope was that everybody gets the joke."
Speaking of the changes made to the original play for the European adaptation, he clarified that the sole requirement for the Dutch producers was the translation into Dutch. "It was completely up to them how they wanted to translate it once they got the rights to it." He simply hoped things weren't "lost in translation."
Actors Marguerite de Brauw and Julien Croiset in the Dutch adaptation — Marieke Timp/Studio Antigo
"If it gains momentum and if people enjoy reading it and they want to perform it, I am happy to get it into as many languages as they want." Additionally, he expressed a desire to translate it into Urdu and perform it.
Farooq also shared her perspective with Images regarding the Dutch adaptation. Reflecting on local performances, she found it intriguing that despite a mostly similar audience background, each viewer interpreted the play differently. "Largely more or less [people of] the same kind of background were watching this play, and interpreting it so differently," she said.
"The characters' physicality was very important to our performance. At what times, how do they face off against one another? Where are they standing? How do they move? And so it's really interesting to see how, in this Dutch production, we hadn't told them about any of this.
"They hadn't seen how the play had been done here. They didn't have a recording. So they started afresh. And so [I was] curious to see how they've designed the set and whatever I could glean from the pictures, how they designed the physicality of this. And then even in the little review piece that we read, it was so interesting that this person was comparing this play to [Edward Albee's] Who's Afraid of Virginia Woolf? These connections just form inevitably," the actor added.
Actor Julien Croiset in the Dutch adaptation — Marieke Timp/Studio Antigo
Touching on the narrative of the play, she emphasised that the central theme of the play is "love". "It's a very tender feeling, but it's also very — it can be a very thorny feeling. [The characters] are trying to bridge this terrible gap between them for the sake of their daughter.
"And the way that that's been written, all that conflict is woven very intricately with people. So I was just hoping that, in the translation of it, that would also carry through," she said, mirroring Junejo's hopes.
She acknowledged that translations are "tricky," stating that one can never "carry forth the same set of meanings," and that "things change inevitably."
The warring couple in the play want to get a divorce and the conflict lies in their refusal to take custody of their daughter afterwards. The wife is too busy, and the husband is too depressed. "The dynamics in the play are fairly simple. There is a couple, and they have agreed that they're going to separate. They're not going to be together," Junejo explained.
"And that's an age-old issue that exists between people."
Actors Rasti Farooq and Ali Junejo in the original play — Olomopolo Media
"They both make complete sense to me, and they are both also at the same time completely wrong about how they're doing all of this and how they're navigating this space," explained Junejo.
Eventually, the two decide to give their daughter up for adoption. "Typically, you'd see an argument where the mother says the daughter should stay with me and at the same time, the father is saying, no, she should stay with me.
"But over here, I wanted to just figure out and see how it would be if the father is saying, 'no, she should stay with you,' and the mother is saying, 'no, she should stay with you,'" he said, subverting the audience's expectations.
He aimed to explore how far he could "run with the idea," finding it increasingly amusing yet tense as they delved deeper into it.
"It was really absurd what these two characters were doing to one another, and eventually, we arrived at that delicious kind of balance of painful yet tender," Farooq added, recalling her journey of embodying the workaholic wife in the play.
Actors Rasti Farooq and Ali Junejo in the original play — Olomopolo Media
The actor's experience of working together in Joyland helped with their cohesion. They were well aware of each other's performing techniques and methods.
"[Rasti's] logic for approaching a scene was always studious, almost academic, but then her instinct was so strong that it would always overpower that, and she'd run with it. It's almost like she had no idea how to control her instinct. It would just take over and then she'd just glide the scene in a way," Junejo shared.
"I enjoyed working with that. It's a very rare thing. People are normally concerned about where the camera is, they're usually concerned about the light's position, and they're very concerned with blocking as well."
Storytelling is universal
"Storytelling is something that I feel is completely universal. We do it at home. When we're kids, we hear stories, we watch them. When we grow older, we tend to lie to our parents about all kinds of things and make up all kinds of stories because we have a lot of ideas," underscored Junejo.
"Even in all the texts that we read in school, or at home, or through our parents, or films and television, and very importantly, through religion as well, we hear all these beautiful stories and we hear all these great stories of great people that have come before us, and we learn so much about morality," he said, emphasising the universal nature of stories.
"The characters may have different names, they may speak different languages, but ultimately the sense of right and wrong, good and evil is something we experience all over the world."
He also hopes that the stories and themes he would like to tell are universal, even if they're presented in a local context. "The stories I would like to think and write about or be a part of, hopefully, in some way will always be rooted in basic human ideas," he explained.
"A good example of that is some of the recent films, whether it's Joyland or The Legend of Maula Jatt. Sure, the language is different, but the thrill you experience while watching something like The Legend of Maula Jatt, the relatability towards characters you feel when you're watching something like Joyland, you tend to feel it because it is a universal human thing," he said.
These basic human ideas not only encourage him to write but also make him "feel like a human being."
Actor Rasti Farooq in the original play — Olomopolo Media
Focusing on Both Sit In Silence For A While, Farooq explained that Junejo was "very aware of the fact that he didn't want to ground the play in anything that was distinctively and explicitly Pakistani".
"All of that helps to make it a very universal story, which would also be because these two characters could be from just about anywhere. The married couple who is arguing about what to do with their child could be from anywhere. And that was the whole point. It was a deliberate choice on Ali's part, as a writer, to do that. It kind of makes this text ideal for translation."
Of course, the act of translation adds layers of meaning to the text. "Theatre probably is one of those art forms that is most frequently translated and reinterpreted and performed in a completely different context. And so, I imagine what that does is that it does add meaning.
"It does add layers of meanings to that same text. We didn't get a chance to go to the Netherlands and watch this play and decipher all the different areas where something has changed or hasn't and how that has transmuted the meaning of it. But I imagine that some things were lost and some things were added, which is still of so much value to me," Farooq said.
She believes that when a story, even as unrooted in a specific context as this, travels to a different part of the world and people know it's written by somebody else, something valuable is transpired.
"I imagine something new is birthed there, and it exists, and it's alien because it's from a different place. […] But now it's also familiar because it's been translated into your language.
"So for me, something like that is very valuable because the more layers are added to [the meaning], the richer it becomes," she explained.
The future
Junejo is currently working on the sequel to Both Sit In Silence For A While titled Both Storm Into The Room Breathless, Enraged And Unforgiving Yet Seemingly Unaware Of Who Is Chasing Whom.
"Ridiculous title," Junejo chuckled — but it actually is the title of the second play. The director plans to showcase both parts together, and once he is done with that, he'll write a third one.
Première 30 november
Een vrouw en een man. Ex-geliefden die inmiddels weinig meer delen dan een kind. Zij is druk, hij depressief. Dat kind was achteraf bezien misschien toch niet zo'n goed idee. Er zijn vast mensen die beter voor haar kunnen zorgen.. Want voor je kind alleen het allerbeste, toch? De Pakistaanse acteur en toneelschrijver Ali Junejo schreef in 2022 met Both sit in silence for a while een tragikomische tekst, geïnspireerd door het absurdisme van Ionesco en het venijn van Albee. Na groot succes bij pers en publiek in Pakistan, haalt Studio Antigone dit stuk voor het eerst naar Europa. Regie Agaath Witteman en in de hoofdrollen Marguerite de Brauw en Julien Croiset.


Uit Het Parool 15 november 2022
Theaterkrant 4 november recensie Kester Freriks
FB 23 oktober 16:48 Dick Addens is bij Plein Theater.
Antigone door Studio Antigone.
Niks moderne bewerking... In de uiterst schitterende vertaling van Pé Hawinkels - die de Dr. honderden jaren geleden reeds zag van het Publiekstheater (voor de oningewijden, de voor-voorloper van ITA)- en nu mét koorzangen.
Marguerite de Brauw in de hoofdrol. Hemeltergend prachtig!! Tranen van ontroering over Dr. A's wangen vanaf de eerste monoloog van haar. Stuk geschreven in f#ck#n' 441 v. Chr. en nog steeds super actueel, hoezo eeuwigheidswaarde??Over machthebbers en wat ze doen met die macht.Meer dan absolute aanrader!!!Niets ten nadele van "Plein Theater" , maar dit stuk en deze acteurs verdienen een zo veel groter publiek.
FB 12 oktober 2022 12:50
Kreon draait zich naar het publiek: 'W i e i s h i e r e e n m a n? W i e i s h i e r e e n
m a n a l s i k h a a r o n g e s t r a f t l a a t g a a n ?

Z I J !'... Hij wijst naar Antigone.

De vraag zou nu gesteld kunnen zijn. Is Sofokles een tijdgenoot? Of denken wij nog zoals 2500 jaar geleden?
FB10 oktober 2022
ANTIGONE IS NU ONDER ONS! KOM HAAR BEZOEKEN!
GELUK IS LEVEN NAAST LIJDEN,
ALS DE GODEN JE HUIS OOIT BELAGEN,
DAN BLIJFT DE ELLENDE DAAR WONEN
VEEL GENERATIES LANG.
IK ZIE HOE HET LEED IN DIT HUIS
STEEDS OPNIEUW GEBOREN WORDT.
NOOIT ZIJN ZIJ BEVRIJD VAN HUN LOT,
GEVANGENEN VAN EEN GOD. - Uit: 2e Stasimon Antigone van Sofokles, Lied van het Lijden.
Marguerite de Brauw zingt als Antigone de eerste strofe. Ze heeft zojuist van Kreon gehoord dat haar de dood wacht. Wanneer de spelers samen de tweede strofe inzetten, ontstaat er een samenklank die te beschrijven is als 'uiteenvallende lichtgrijze as dat zachtjes neerdaalt' - een klank van een onverdraaglijke schoonheid. Deze ontstaat doordat de tekst op oud-Griekse muziek is gezet door onze maestro Henri Overduin. De vondst van twee papyri in 1892-3 met een tekstfragment van Orestes en van Ifigeneia in Aulis van Euripides bracht ons tot die muziek. Hoe? Boven en tussen de tekst stonden muzieknotaties door middel van lettertekens - die met behulp van een andere literaire bron 'gelezen' konden worden - en wel het Muziektractaat van Alupius uit de 4e eeuw na Chr. Daarna lag de weg naar reconstructie van de muziek uit de 5e eeuw voor Chr. open. Dat gebeurde in de 70er jaren van de vorige eeuw. En wij hebben het geluk dat we die muziek nu in de koorzangen van Antigone kunnen gebruiken!! Bijzonder is dat moderne melodieën de gereconstueerde muziek afwisselen ...en dat binnen één koorzang. Gewaagd? JA!!! Maar met de muzikale creatieve
bijstand van Henri Overduin voelden wij ons veilig.
KOMT DAT HOREN, KOMT DAT HOREN EN ZING MEE! ZIE VOOR SPEELLIJST:
www.studio-antigone.nl

FB 16 september 2022 21:54
W i e e e n g r o t e m o n d o p z e t ,
k r i j g t h a r d e s l a g e n.
W i j s h e i d k o m t p a s m e t d e j a r e n. - Koor Antigone.
Gisteravond stonden we dan in de Roode Bioscoop met onze Griekse Tragedie. Groots leed in een roodgloeiende huiskamer. Wat hou ik van deze speelplaatsen, je bent er zo snel één met je publiek. De opzet van onze voorstelling is vanaf het begin geweest dat Antigone integraal zou worden opgevoerd, dus mèt de koorzangen. Die zijn belangrijk omdat zij commentaar geven op de handeling en daardoor het publiek uitdagen om mee te denken. Zo word je in de zaal als vanzelf deel van het koor! En dat is toch spannend...Je begrijpt dat het er in de Roode Bioscoop heftig aan toe ging. Spelers en publiek maakten SAMEN de voorstelling. En alle partijen waren blij èn ontdaan. Ook koorlid worden? Zondag 18 september 15.00 uur matinee in de kleine zaal van FIGI in Zeist. Er valt nog veel te proberen en te onderzoeken.